Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkersbond
Jaargang: 103
Jaar: 2017
Maand: Jan-Febr
Auteur : Jaak Geuns

ROBOTBIJEN

Als imkers zijn we allen vertrouwd met de problematiek van varroa, varroabestrijding en sterfte bij onze bijen. Elk jaar sterft één derde van alle Amerikaanse bijenvolkeren. Kunnen robotbijen deze verliezen compenseren? In het Duitse tijdschrift Focus staat een artikel waarin het gebruik van robotbijen in de toekomst  mogelijkheden biedt. Dank zij de hulp van mijn dochter Anja kon ik de tekst tijdig klaarmaken voor publicatie in ons imkerblad. Veel leesgenot.

Robobee

Ze is twee centimeter lang. Haar doorschijnende vleugels trillen nauwelijks zichtbaar gelijkmatig. Dan stijgt ze op voor haar eerste vlucht. Alleen een haarfijn koperen draadje verhindert haar nog om weg te vliegen. ‘Robobee’ heet het gevleugelde wezen, dat onderzoekers van de Harvard Universiteit laten opstijgen. Over twee jaar zullen deze robotbijen de taken van de honingbijen kunnen overnemen, schatten de ingenieurs. Nu zijn er nog problemen met de energietoevoer die tot nu toe alleen nog maar via een kabeltje kan gebeuren.  Zal de toekomst van de landbouw er inderdaad zo uitzien? Vanop afstand gestuurde minidrones, die in fruit- en groetenkwekerijen van bloesem tot bloesem vliegen om deze te bestuiven? De onderzoekers beschouwen deze robotbijen als een noodoplossing voor het geval dat het met  hun bijen, de natuurlijke bestuivers  niet snel aanzienlijk beter gaat. De regering van de Verenigde Staten financiert dit onderzoeksproject.

Bijensterfte

Het is geen toeval dat net de V.S. gelooft in deze kunstbijen. Want de bijensterfte komt daar in steeds grotere aantallen voor. In de voorbije vijf jaar is gemiddeld één derde van de aanwezige bijenvolkeren verdwenen. In het Witte Huis vraagt men zich af of we echt wel genoeg doen om de bijen te redden. Het is nog niet eens vier jaar geleden dat de meermaals bekroonde documentairefilm More than honey miljoenen kijkers diep aangreep. De film toonde de dramatische bijensterfte en de fatale gevolgen voor het globale ecosysteem. Ongelooflijk hoe dergelijk klein insect ons leven zo beïnvloeden kan.

Toch zijn er nog altijd een aantal onderzoekers die de bijensterfte blijven ontkennen. Ook in Europa sterft jaarlijks één tiende van het bijenvolk uit. Een fatale ontwikkeling, want of het nu gaat over tomaten, appelen of augurken, zonder bijen zou één derde van alle levensmiddelen niet bestaan. Dat maakt de bij tot een belangrijke economische factor. De jaarlijkse bestuivingsactiviteit van deze kleine insecten schommelt wereldwijd rond 265 miljard dollar.

Neonicotinoïden

Sinds deze zomer (2016) staat  het thema ‘Bijenbescherming’  ook in Duitsland op het hoogste politieke niveau op het programma. Begin juni opende de minister van economie Christian Schmidt het Instituut voor Bijenbescherming in Braunschweig. ‘De bestuiving is niet alleen essentieel voor fruit- en groententeelt, maar ook voor andere nuttige teelten zoals koolzaad’, zegt Jens Pistonius, die dit bijeninstituut leidt.

Hij onderzoekt waar deze kleine insecten last van hebben en hoe we hen het leven weer lichter kunnen maken. Er zijn al heel wat belastende factoren bekend zoals de neonicotinoïden, een groep van pesticiden. Deze worden tegen schadelijke insecten gebruikt, maar richten ook schade aan bij de bijen. ‘We hebben ontdekt dat die neonicotinoïden het oriënteringsvermogen en het geheugen van de bijen sterk beïvloeden’, zegt Randolf Menzel, zoöloog aan de Vrije Universiteit van Berlijn, ‘veel bijen vergissen zich op de weg naar hun kast.’

2017 4 1

Een actuele studie van onderzoekers aan de Universiteit van Berlijn toont aan dat deze pesticiden ook de voortplanting van de bijen sterk beïnvloeden. Eén derde van de mannelijke bijen die in een laboratorium aan neonicotinoïden blootgesteld werden, stierven voor ze geslachtsrijp waren. De overlevenden produceerden 40% minder spermatozoïden dan normaal. Vroegere experimenten toonden reeds aan dat ook de koninginnen een lagere levensverwachting hebben en minder eitjes produceren.

Vele van deze studies dringen er bij de Europese Commissie op aan om het gebruik van vier insecticiden, waarvan drie uit de groep van de neonicotinoïden, gedurende twee jaar drastisch te verminderen. De fabrikanten Bayer, BASF en Syngarta hebben daarentegen een klacht ingediend.

En zelfs als de gebande middelen verboden blijven, zijn alle bijen nog niet van alle leed bevrijd. Het nog steeds in Europa toegelaten pecticide Thiacloprid heeft volgens Menzel even erge negatieve gevolgen als de andere.

Luchtvervuilig

Niet alleen de gebruikte gifstoffen in de landbouw verwarren de bijen, ook de luchtvervuiling maakt het hen steeds moeilijker om hun voedselbronnen te ontdekken. Dat ontdekten onderzoekers aan de Amerikaanse Penn State Universiteit.  ‘De bijennesten liggen dikwijls tot één en meer kilometers verwijderd van hun voedselbronnen. Dat betekent dat de geurmolecule zeer grote afstanden moet afleggen om bij de bijen aan te komen’, zegt de meteoroloog Jose Fuentes die aan dit onderzoek deelnam.

2017 4 2

Schadelijke moleculen zoals ozon of stikstofoxiden reageren met de geurstoffen van de bloesems en verstoren deze. Daardoor verdwijnt voor de insecten het geurspoor naar hun voeding.  Dat heeft tot gevolg dat de bijen meer tijd nodig hebben om van bloesem tot bloesem te geraken, en daalt de bestuivingsgraad.

Varroamijt

Naast de chemische zijn er ook nog biologische vijanden zoals de ons bekende varroamijt. Zij valt het bijenbroed massaal aan, zuigt voedingsstoffen uit de larven en uit de volwassen bijen. Dat verzwakt de dieren en geeft de ziekteverwekkende bacteriën en virussen de kans om doorheen de insectenhuid binnen te dringen.

De varroamijt is een wereldwijd probleem. En nu doet de mijt ook haar intrede in China. Chinese imkers importeren immers zelf het varroaprobleem. Tot nu toe hielden de meesten van de Chinese imkers nog een kleinere inheemse bijensoort die resistent is tegen de varroamijt: ze levert echter weinig honing. ‘Om meer honing te kunnen  produceren, schakelen vele imkers over op de vlijtige Europese honingbij’, zegt de Chinese onderzoeker Zhengwei Wang, die samen met Rudolf Menzel aan de Vrije Universiteit van Berlijn het vlieggedrag van insecten analyseert.

Kaspar Bienefeld, onderzoeker aan het Bijeninstituut van de Humboldt-Universiteit van Berlijn, probeert de insecten tegen hun vijanden te wapenen. Hij leidt het grootste Europese onderzoek: Smartbees. Samen met zijn collega’s zoekt hij naar bijen die de gevaarlijke parasieten aan hun geur kunnen herkennen en dan de met varroa besmette bijenlarven uit de bijenkasten werpen. Maar kan zo een gevoelige superbij de wereld redden?

Wilde bijen en hommels zijn belangrijke bestuivers

‘De honingbijen worden overschat’, meent Christian Schmid-Egger, expert in wilde bijen bij de Duitse stichting voor wilde dieren. De vele wilde bijen, en inzonderheid ook de hommels, zijn veel belangrijker dan de gedomesticeerde huisbij. Ook hun aantallen verdwijnen zeer snel.  Ongeveer de helft van de ongeveer 560 Duitse bijensoorten staan al op de rode lijst van de bedreigde diersoorten. Wilde bijen zijn niet alleen belangrijke bestuivers voor vele wilde plantensoorten, maar ook voor boomgaarden. ‘Ze zijn vaak veel effectiever dan honingbijen’, zegt Schmid-Egger. Vele fruitboeren houden daarom in hun plantages liever hommels of andere wilde bijen in plaats van honingbijen: die eerste zorgen voor een grotere oogst. In tegenstelling tot de bijen van de imker, vliegen de wilde bijen ook uit bij lichte regen en wind. Onder grote beschermnetten, zoals die vaak gebruikt worden op plantages aan de Bodensee, kunnen honingbijen zich slecht oriënteren. Daarenboven plegen zij vaak honingroof, d.w.z.  dat ze de bloesems langs onder openbijten en enkel de nectar eruit zuigen. Daarbij verwaarlozen de honingbijen hun echte opdracht: het bestuiven van de bloesems.

Ecologische armoede

Verschillende moderne ontwikkelingen zijn nadelig voor de vlijtige wilde bijen. ‘Deze soorten hebben vooral last van het verlies aan leefruimte door bouwprojecten en intensieve landbouw’, klaagt Schmid-Egger, ‘alsook van het verminderen van bepaalde planten, waarvan ze de nectar en pollen nodig hebben voor hun larven.

Daarom roept ook Pistorius, de belangrijkste Duitse bijenbeschermer op tot het volgende: ‘We hebben nieuwe concepten nodig, en aanbevelingen voor het bijenvriendelijk vormgeven van steden en landelijke gebieden.’ Zo kunnen de bijen na de koolzaad- en fruitbloesem voldoende andere bloesems vinden.

‘In verschillende regio’s  van Duitsland,’ zegt Pistorius, ‘ontstaan periodes waarin de bijen bijna geen voedsel vinden. Er is nood aan zaaigoed voor die tussenperiodes zoals bv. van phacelia, ook wel passend bijenplant genoemd. En bloeiende akkerranden.’

In de realiteit ziet het landschap er meestal uit zoals op een akker in Kirchheim in de buurt van Merzburg. Hier doet Randolf Menzel zijn bijenonderzoek. Hier is alles groen, van bontgekleurde akkerstroken is hier niets te zien.  ‘De boeren verbouwen dat, waaraan ze het meest kunnen verdienen’, vertelt de bioloog. En dat is hier gras, dat vooral in de plaatselijke biogasinstallatie terecht komt.

Ook in  vele Duitse tuinen heerst er een ecologische armoede.  Terwijl het, volgens Schmid-Egger, eigenlijk niet zo moeilijk is om te helpen. ‘Minder golfterreinen en coniferen, maar meer inlandse kruiden en wat meer chaos/rommel’, is zijn raad om de nuttige insecten te beschermen.

Ook stadsbewoners kunnen iets doen voor de bijen, bv. met insectenhotels, waarin wilde bijen een thuis vinden voor hun nageslacht. Met relatief eenvoudige middelen zou het moeten mogelijk zijn om het verdwijnen van de bijen tegen te houden en globaal ook waar te nemen.

China

Hoe een wereld er uitziet zonder bijen, weten ze in het zuidwesten van China: door het grootschalig inzetten van DDT zijn daar naast vogels ook alle bijen verdwenen. Nu moeten de plaatselijke boeren daar zelf het werk van deze behulpzame insecten overnemen: met lange stokken met aan het uiteinde stoffen zakjes vol stuifmeel, klimmen ze in de fruitbomen om de bloesems te bestuiven. We kunnen  dus ook zonder bijen voortbestaan. Maar dan ziet ons leven er een stuk moeilijker en armer uit. Wat zal de toekomst brengen?

2017 4 3

Met dank aan Anja Geuns voor de vertaling en aan Bojana Dacic, Chefredakteur FOCUS 32-16 van 6 augustus 2016, voor het gebruik van tekst en illustraties.