Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkerbond
Jaargang: 96
Jaar: 2010
Maand: oktober
Auteurs: Roger De Vos & Katinka Van Nerum

KLIMOP –HEDERA HELIX

Klimop kent iedereen wel, een tuinliefhebber of plantkundige hoeft u daarvoor niet te zijn. Deze wintergroene plant zal ook bij de meesten van ons zelfs geen emoties losmaken, zo doodgewoon is ze. Hedera helix, de gewone klimop, komt voor in Europa, Klein-Azië en Noord-Afrika. De bladeren zijn leerachtig en glimmend. De plant bezit twee soorten blad: gelobde bladeren zolang de groeischeuten klimmen, gaafrandige wanneer de groeischeuten gestopt zijn met klimmen. De klimop klimt met hechtwortels, maar de bloeischeuten klimmen niet en hebben deze dus niet.

Klimop wordt gebruikt als afscheiding, als bodembedekker, als begroeiing van muren, priëlen en bogen, kortom te veel om op te noemen. De klimop is geen parasiet, laat hem gerust ook op bomen klimmen. Let er wel op dat hij de kruin niet overwoekert.

Deze plant gedijt zowel in de schaduw als in de volle zon. En klimop doet het ook altijd en overal goed, ongeacht de grondsoort. De plant valt pas echt op wanneer ze hinderlijk in het gazon kruipt of zich tussen de andere planten een weg baant of als de buren klagen dat er lange ranken over hun muur of draad groeien. Klimop kan dan ook een meter per seizoen groeien. Er bestaan heel wat cultivars met andere bladkleuren en bladvormen.

Er zijn zelfs ook soorten die niet klimmen. De Helix hedera arborescens is een niet klimmende, bijna bolvormige, groenblijvende heester.

Voor ons, imkers, is de klimop in het najaar een fantastische pollen- en nectarleverancier met waarden 5/5. Deze najaarsbloeier met zijn kleine, geelgroene bloemetjes lokt duizenden bijen. Hoewel de plant ook in de schaduw gedijt, geeft ze in de volle zon meer bloemen.

De Hedera helix bloeit maar vanaf een zekere leeftijd, met bloemschermen van drie tot vijf centimeter groot. De bladvorm van de niet klimmende, bloeiende delen is zoals gezegd verschillend van die van de klimmende, jonge scheuten. De voor ons giftige bessen, die na de bloei ontstaan, zijn pas rijp in het voorjaar en zijn voor sommige vogels een ware lekkernij.

De plant laat zich heel gemakkelijk stekken omdat de stengels al luchtwortels hebben. Als u een stek neemt van een bloeischeut dan staat u een verrassing te wachten. De stek zal u een niet klimmend struikje bezorgen dat ieder jaar opnieuw zal bloeien.

Foto’s:

Roger De Vos en photobucket.com