Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkersbond
Jaargang: 102
Jaar: 2016
Maand: Juni
Auteur : Frans Maenhout

IMKERBLUNDERS

Van de zelfgemaakte fouten, maar ook van de fouten gemaakt door anderen kunnen we meest leren. Daarom hier enkele door mij begane blunders. Niet alle collega’s zeggen het, maar op vergaderingen hoor ik toch soms (tussen de regels) dat ik niet de enige ben die blundert en misschien zijn er wel collega’s die nu zeggen: ‘dat heb ik ook meegemaakt’. Ik hoop dat anderen van mijn blunders leren en niet dezelfde domme fouten maken.

25 1

  • Op een avond zou ik eens vlug een kar met volken verplaatsen naar een phaceliaveld. Eén kast, niet goed vastgemaakt, drie rompen met 50.000 bijen, viel bij de eerste bocht op straat. De buurtbewoners, gealarmeerd door het lawaai, kwamen buiten en de paniek was zo groot dat overwogen werd om de brandweer erbij te halen.
    • Les: bijen verplaatsen moet je niet in de haast doen, maar kalm als je er tijd voor hebt!
  • Zes opgesloten volken werden op de aanhangwagen ’s avonds naar een teunisveld gebracht. Omstreeks 23 u. ter plaatse werden snel de vlieggaten geopend en reed ik terug naar vrouwlief. Toen ik een week later die volken inspecteerde, merkte ik dat ik bij één volk het vlieggat niet geopend had: volk dood.
    • Les: vanaf toen reis ik nog enkel ’s morgens met bijen om te kunnen werken bij daglicht!
  • Dertig jaar geleden had ik acht volken geplaatst in een koolzaadveld te Sambreville (160 km).Een week later, op zondagvoormiddag, reed ik met een volgeladen auto terug om de honingzolders te plaatsen. Ik had alles mee, rompen, ramen, moerroosters, enz., uitgezonderd een bijenkap en handschoenen. Nu, met zachtaardige bijen, zou die ramp minder groot zijn, maar toen had ik echte steekduivels die vooral op het koolzaad erg agressief waren. Terug rijden was geen optie. Na veel steken werd, met over mijn hoofd een stuk oude gordijn van de Waalse boerin, de klus toch afgemaakt. Die voormiddag had ik zoveel steken gekregen dat ik op de terugweg tintelingen in mijn voeten had (waar ik niet gestoken werd) en heb ik beseft dat die ‘lieverdjes’ ons kunnen doden.
    • Les: altijd, maar zeker bij reizen met bijen, alles goed voorbereiden en steeds voorzichtig blijven!
  • Ik was die dag mijn volken bij de lindes gaan inspecteren. ’s Avonds kwam mijn vrouw in paniek roepen dat de garage vol rook hing. De bak met imkermateriaal was in mijn auto blijven staan en de beroker die blijkbaar niet leeggemaakt en gedoofd was, had voor die paniek gezorgd.
    • Les: de beroker na gebruik, zonder te ledigen, niet in de auto plaatsen.
  • De koolzaadhoning was geslingerd, in rijpers gedaan en werd geregeld geroerd om fijn te kristalliseren. Het moment om in te potten was er, maar ik had geen tijd en zou dat morgen wel doen. ’s Anderendaags was de honing volledig opgesteven en zonder verwarmen niet meer uit de ketels te krijgen.
    • Les: kristallisatie van koolzaadhoning kan snel gaan!
  • Na de dracht op een teunisbloemveld waren de mooi verzegelde ramen geslingerd. Toch begon na enige tijd de honing te gisten in de potten (bolle deksels). Vanaf dan gebruik ik een refractometer.
    • Les: het bezit van een refractometer is geen overbodige luxe.
  • De oude raten waren gesmolten en de vuile was moest nog gezuiverd worden. Dat doe ik in mijn bijenstal op een gasbrander: water + lepeltje oxaalzuur + was, verwarmen. Ondertussen maakte ik de moerroosters schoon. Toen ik verdacht geluid hoorde zag ik dat de pan met was overkookte en in brand stond. De stal is niet afgebrand maar het had kunnen gebeuren.
    • Les: nooit een pan met was op een gasbrander onbeheerd laten, beter voor dat karwei is het gebruik van een oude elektrische frietketel met thermostaat.
  • In 2006 had ik zes volken in Oostburg op het koolzaad en had ik te lang gewacht om te slingeren. De honing was reeds gekristalliseerd in de ramen en het grootste deel was er niet meer uit te krijgen.
    • Les: koolzaadhoning moet op tijd geslingerd worden. Vanaf toen wacht ik niet meer tot de ramen volledig verzegeld zijn maar slinger ik als ze ¾ verzegeld zijn.