Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkersbond
Jaargang: 100
Jaar: 2014
Maand: April
Auteurs: Pia Aumeier

ZWERMCONTROLE: KIEPEN SPAART TIJD

Goede koninginnen en een half volk verliezen in een zwerm is frustrerend en kost honing. Zwermlust herkennen en zwermen verhinderen, is vanaf midden april tot de zomerzonnewende eind juni, aan de orde van de dag.

De gebruikelijke methode

Sterke volken verliezen hun zwermlust slechts na een aanzienlijke vermindering van de bijen (vlieger) of broed (broedaflegger met meer dan drie ramen). Maar zulke verzwakte volken produceren nauwelijks nog honing. Zachtere methoden zoals een tussenaflegger, zijn materiaalen tijdsintensief en zijn zelden blijvend. Enkel als men op zachte wijze de nestontwikkeling afremt, door het wegnemen van broed, en regelmatig zwermcellen

breekt, kan gerekend worden op een maximale honingopbrengst.

Het gevolg is dat voor veel imkers iedere week het nazien van ramen op zwermcellen op het programma staat. Het ganse broednest wordt uit elkaar genomen en op doppen onderzocht. Zekerheidshalve worden ook speeldopjes gebroken. Dit is tijdsintensief en vergeefse moeite, aangezien de meeste speeldopjes nooit belegd worden. Het is bovendien nog zeer riskant ook. Wie voortdurend alle ramen uittrekt, stoort onnodig zijn bijen en verhoogt het risico de koningin te kwetsen.

Het alternatief: stel zwermlust vast in minder dan 1 minuut! Inspecteer enkel in zwermlustige volken ieder raam apart! Hoe? Met de kiepcontrole!

Met een koninginnenrooster op twee broedkamers leggen honingbijen de meeste zwermcellen aan de rand van de bovenste broedkamer. Wie de bovenste broedkamer omkiept en de onderste randen controleert, kan de zwermlust met vrij hoge zekerheid vaststellen of uitsluiten. Als ook maar één enkele belegde zwermcel wordt aangetroffen, is het volk in zwermstemming.

Dan, en slechts dan, worden de individuele ramen gecontroleerd. De honingzolder wordt afgenomen, dan, eerst in de onderste, vervolgens in de bovenste broedkamer worden alle ramen uitgetrokken, afgeveegd en op zwermcellen onderzocht. Daarna worden de koninginnenrooster en de honingzolder teruggeplaatst.

Klinkt moeilijk, maar duurt slechts vijf minuten per volk. Met deze methode behoudt men de sterkte van het volk en hiermee ook zijn verzameldrift. De bewering dat volken die bestendig in zwermstemming zijn, hun verzameldrift verliezen, is een fabeltje.

Wat zijn de voorwaarden om op deze manier te werken?

• Vrije opstelling van de kasten en een goed zicht op eventueel belegde zwermcellen.

• Gedeelde broedruimte met een koninginnenrooster op de tweede broedkamer voor een compact broednest, met de meeste zwermcellen aan de onderste rand van de tweede broedkamer.

• Rompen zonder opzetlatten om de bovenste romp om te kiepen en naar achteren te trekken op een rugvriendelijke wijze. Opzetlatten bemoeilijken de kiepcontrole en worden hierdoor ook beschadigd (fig. 3).

• Eventueel zaklamp, bril of bezoek aan een opticien om belegde zwermcellen met zekerheid te herkennen.

• Essentieel is ook een consequente planning. Iedere 7 dagen, omdat men zich enerzijds beter houdt aan vaste dagen; anderzijds, wie 8 of 9 dagen wacht, treft zijn volken dikwijls aan op het randje van het zwermen. Dergelijke volken zwermen toch, ook als alle doppen worden gebroken.

Zo werkt het altijd

1) Honingzolder afnemen.

2) Bovenste broedkamer met de voorzijde op de onderste broedkamer leggen en om gemakkelijk te werken de bijen beroken (fig. 1). Bij grote zwermroes zijn aan de onderkanten van de ramen in de bovenste broedkamer talrijke zwermcellen met larfje en voedersappen te zien (fig. 4). De eveneens grote darrencellen liggen, anders dan zwermcellen, horizontaal (zie darrenraam, tweede raam van rechts, fig. 4)

3) Tot midden mei moet nauwkeurig gekeken worden om zwermlust vast te stellen. In het begin van de zwermtijd zijn er dikwijls belegde zwermcellen zonder voedersappen. Zij bevatten slechts een naakt, onooglijk eitje, geen glanzend-witte voedersappen met larve (fig. 5).

Opgelet, dergelijke eitjes mogen niet over het hoofd worden gezien! Als het overgeslagen eitje reeds 3 dagen oud is, is de zwerm bij de volgende controle (na 7 dagen) al vertrokken. De larftijd van een koningin is slechts 5 dagen en bij goed weer vertrekt de zwerm zodra de eerste zwermcel gesloten is (fig. 6).

Indien bij de kiepcontrole de zwermcellen met inhoud niet direct opvallen, moeten de raamonderkanten met de imkerbeitel uit elkaar geduwd worden (fig. 7) en (zo nodig met zaklamp) de raatwanden afgezocht worden, vooral de hoeken en de darrenramen. Zo vallen ook de kleine zwermcellen met enkel een eitje op (fig. 8). Iedere verdachte cel met de beitel ombuigen en nauwkeurig controleren.

Wie nog oefent en zijn ogen niet vertrouwt, trekt voor de eerste drie controles voldoende tijd uit om zijn kiepcontrole al dan niet te bevestigen door alle ramen van de tweede broedkamer uit te trekken en te controleren.

Er is nog een tweede arbeidsbesparende variant: wie bang is eitjes niet te zien, kan de controle om de 4 dagen uitvoeren, zodat bij de volgende controle het eitje een grote larve is geworden.

Met wat ervaring duurt een kiepcontrole maximaal 1 minuut per volk. Wie geleerd heeft zwermcellen te herkennen, kan de tweede broedkamer tezamen met de honingzolder omkiepen (fig. 9). De honingzolder valt er, ook zonder opzetlatten, niet af, omdat de bijen de honingzolder samen met de koninginnenrooster hebben vastgekit.

Rompen kantelen, controleren, volk sluiten. Twee derde van mijn volken geven mij weinig werk, ook gedurende de zwermtijd.

Wie geen zwermcellen optrekt, en bovendien geen scherpe darrenramen heeft (ook langs onder te zien), wordt door mij niet lastig gevallen.

Wantrouwende kritiek en weerlegging

Onbetrouwbaar, onzin, ondeugdelijk. Veel imkers koesteren na enige pogingen een diep wantrouwen tegenover de kiepcontrole. Is deze methode daadwerkelijk bruikbaar of niet? In 2008 werd dit nagegaan bij 36 productievolken.

Tussen 30 april en 9 juli werden in totaal 396 kiepcontroles op deze volken uitgevoerd, daarna werden telkens alle broedramen uitgetrokken en nauwkeurig onderzocht op niet geziene doppen. Het resultaat was dat 394 maal, dit is in 99,5% van de kiepcontroles, de zwermstemming van het volk correct werd ingeschat (fig. 10).

Zeker in het begin van de zwermtijd moet in ieder geval nauwkeurig gecontroleerd worden, omdat er in de tweede broedkamer dikwijls belegde zwermcellen voorkomen, zonder voedersappen. Voor twee volken heeft de methode niet gewerkt.

Telkens was een enkel eitje verstopt aan de bovenste rand van de tweede broedkamer. Als niet alle ramen waren uitgetrokken en nogmaals gecontroleerd, zouden twee volken (= 0,5% van de volken) eventueel bij de volgende controle gezwermd hebben.

Is het tijdrovend uittrekken van alle ramen dan toch niet zinvol? Nee, het bijkomende uittrekken en nazien van alle broedramen vroeg 20,5 uren. Voor al de kiepcontroles, met inbegrip het breken van alle zwermcellen, werden van april tot juli in totaal slechts 12,5 uren geïnvesteerd. 20,5 uren investeren om twee volken het zwermen te beletten, is een slechte balans.

De slimme imker bespaart zichzelf en zijn bijen het uittrekken van ramen voor zwermcontrole. Als compensatie voor die verloren zwermen maakt hij/zij in de uitgespaarde tijd een paar afleggers … en nog veel meer.