Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkerbond
Jaargang: 96
Jaar: 2010
Maand: oktober
Auteurs: Lei Hensels

RONDOM BIODIVERSITEIT

f1

Biodiversiteit is de verscheidenheid van levensvormen. Dit jaar staat in het teken van de biodiversiteit. Wat is hiervan de bedoeling? Aandacht vestigen op de veelheid van levensvormen. Elke levensvorm heeft zijn waarde, maar door ons toedoen, zijn vele in hun bestaan bedreigd. Aan ieder van ons wordt gevraagd om te bezinnen over de manier waarop we omgaan met de natuur en om maatregelen te treffen ter verbetering van de natuur.

Logica

Breed ecologisch denken lijkt vaak moeilijk te zijn. Er zijn blijkbaar heel wat knelpunten. De belangen van de verschillende levensvormen worden niet op een evenwichtige wijze geregeld. Graag geven we enkele bedenkingen.

• Sojacultuur levert veevoer en producten die goed zijn voor hart en bloedvaten en levert ook producten die vlees kunnen vervangen, maar vormt ook aanslagen op het voortbestaan van de tropische regenwouden en de mensen die er wonen.

• De knautia of beemdkroon is de voedselplant van de Andrena hattorfiana en deze solitaire bij is de gastheer/vrouw van de wespbij Nomada armata. Entomologen adviseren om geen bijenkasten toe te laten waar deze wilde bijen voorkomen. Een groot aantal natuurbeheerders volgt dit advies, maar gelijktijdig worden er in dezelfde gebieden gallowayrunderen en Schotse hooglanders geplaatst om aan beheerswerk te doen. Deze dieren grazen gretig de knautia weg! Logisch?

• Een kanaaldijk, waar redelijk veel beemdkroon voorkwam en ook Andrena hattorfiana en Nomada armata, wordt beheerd door begrazing met schapen. Weg, knautia en de daarbij behorende koekoeksbij. Allemaal bio maar niet logisch.

• In de Oostvaardersplassen broedt nu de zeearend. In hetzelfde gebied zijn afgelopen winter honderden grote grazers verhongerd. Goed beheer?

• Als men ziet dat door de groendiensten veel wilgen vóór de bloei worden gesnoeid op grond van de vogelrichtlijn, dan blijkt dat de imkerij geen betrokken partij was toen de vogelrichtlijn op grond van Natura 2000 tot stand kwam.

• Hoewel het merendeel van onze drachtplanten verdwijnt, zien we een grote toename van het jacobskruiskruid. Dat is een drachtplant, maar ze bevat stoffen die schadelijk zijn voor mensen en dieren. Bijen, die op deze plant vliegen, verzamelen nectar die de schadelijke stoffen bevat. Dat is reeds meermaals aangetoond. Let eens op waar deze planten voorkomen en hoe deze gebieden beheerd worden en onderneem iets ten goede.

f2

f3

Kennis en inzicht

Het is nodig voor de bijen en de bijenteelt om zoveel mogelijk aandacht te schenken aan de bijenweide of de dracht Daarvoor moeten we kunnen beschikken over voldoende vakbekwame bijenteeltleraren en voordrachtgevers. Zij behoren niet alleen kennis en inzicht in de bijenteelt te hebben, maar moeten ook op de hoogte zijn van: natuurbeheer, landbouw, tuinbouw, openbaar groen en bosbouw. Onze bijenteelt ondervindt grote nadelen van de enorme achteruitgang van de bijenweide of de dracht, die teloorgang wordt onder andere veroorzaakt door de grote prestatiedruk in de land- en tuinbouw.

Als imkers en allen die geïnteresseerd zijn in solitaire bijen hier samen meer aandacht aan zouden besteden, dan zou dat de biodiversiteit ten goede komen. Om inzicht te krijgen in het ‘werkgebied’ van de bijen en wat zich daar afspeelt, is het noodzakelijk dat elke imker de drachtplanten leert kennen. Welke? Hoeveel? Waar? Wanneer staan ze in bloei? Aandacht voor biodiversiteit leidt tot een bewuster en rijker bijenhouden. Als ook niet-imkers meer kennis en inzicht verwerven over bijen en bijenteelt, dan komt dat beslist de biodiversiteit ten goede.

De steun van Belgische overheidsinstellingen aan het inzaaien van bloemenweiden is een positief voorbeeld. Hiermee zijn vele insecten gebaat. Excursies van imkers en anderen werken ook bevorderend. Drachtplantencursussen zijn een goede basis voor onze toekomstige imkerij.

f4