Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkersbond
Jaargang: 96
Jaar: 2010
Maand: Maart
Auteurs: Roger De Vos & Katinka Van Nerum

LONGKRUID – PULMONARIA OFFICINALIS

 

Het bescheiden longkruid steelt in het prille voorjaar ieders hart.

Al heel vroeg in het jaar verschijnen donkere bloemknoppen midden in een krans van kleine bladpunten. De knoppen ontluiken tot vrolijke bosjes trechtervormige bloempjes op slanke stelen. Ze bloeien van februari tot maart. De bloemen zijn blauw- tot paarskleurig. Het jonge loof groeit uit tot een ruw aanvoelend blad met een typisch, elegant vlekkenpatroon.

Er zijn ook heel wat cultivars met bloemkleuren die gaan van rood over roze tot wit. Hoewel het nectar- en pollenaanbod gering is, komen de bijen en hommels op de bloempjes af zodra het weer zich daartoe leent. Pulmonaria officinalis – dat in ons land als inheems wordt beschouwd – was vroeger een geliefde plant om de medicinale eigenschappen die eraan werden toegeschreven. ‘Officinalis’ betekent geneeskrachtig.

Daar de gevlekte bladeren wel iets van het uitzicht van een menselijke long hebben, dacht men er een probaat middeltje tegen longziekten uit te kunnen bereiden. Vandaar de naamgeving, ‘pulmo’ betekent long. Nog steeds is longkruid een populaire tuinplant, maar tegenwoordig uitsluitend vanwege zijn tweekleurige, mooi ogende blad.

Longkruid heeft graag een zware, vochtige grond en houdt van halfschaduw tot schaduw. In zanderige gronden zal het plantje in de zomer vlug wegkwijnen. Net als alle leden van de ruwbladigen heeft het longkruid gauw last van een bepaald type meeldauw. Maar dat is nauwelijks een bezwaar als u weet dat u het aangetaste loof helemaal kunt wegknippen. Daarna verschijnen er weer frisse bladeren die het hele groeiseizoen mooi en decoratief blijven.

U kunt de plant vermeerderen door zaaien en scheuren.