
Bron: Maandblad van de Vlaamse Imkersbond
Jaargang: 92
Jaar: 2006
Maand: April
Auteurs: Aloïs Schotanus
EEN PANTSER VAN CHITINE
Het woord ‘chitine stamt uit het Grieks en betekent: het gewaad, of het wambuis, de kolder, de pantserrok, het harnas en ook de stof waaruit dit pantserkleed vervaardigd is. Het is het materiaal waaruit de aangeboren pantsers van alle geleedpotigen bestaat, zoals dat van de krabben en de kreeften, de spinnen, de duizendpoten, de kevers en dat van alle andere insecten dus ook … dat van onze bijen!
Bijzondere eigenschappen
De chitine heeft een ingewikkelde chemische samenstelling, die ons hier niet verder kan interesseren, maar het is wel belangrijk te weten dat chitine zeer goed bestand is tegen zuren en logen.
Daarnaast beschikt dit materiaal nog over bijzondere eigenschappen. Het is taai en vast, opgebouwd in dunne lagen, buigzaam en veerkrachtig. Door kalkopslag kan het ook hard en star worden. Maar boven alles laat het zich in elke denkbare verschijningvorm dwingen. Zowel de hoornachtige schilden als
de cellofaanachtige vleugels van de meikevers, de pels van de hommels, het exoskelet van de bijen, de angel van de wespen en de horzels, de bontgekleurde vleugels van de vlinders, het muziekinstrument van de sprinkhanen en de krekels, de tangen van de oorwormen en het gewei van het vliegend hert, het is allemaal gemaakt van … chitine.
Chitine omhult de steeloog van de kreeft en vormt hier een doorzichtige hoornhuid. Evenzo glashelder is de doorzichtige huid bij vele wezens die in het water leven en die ondanks hun grootte van meerdere millimeters, praktisch zo goed als onzichtbaar zijn. Weer uit een andere soort van chitine, bestaan de sierlijke luchtwegen of tracheeën van onze bijen en andere insecten. Zelfs het voorste deel van het darmkanaal van de geleedpotigen is met chitine bekleed. Daardoor is het bijv. mogelijk dat een zeekreeft tanden in zijn maag heeft, een gecompliceerd chitinegebit dat midden in zijn lichaam de kauwwerkzaamheden verricht. Ook de krekel heeft een dergelijke kauwmaag.
Vele levensvormen mogelijk
Vele miljoenen jaren geleden, toen moeder Natuur aan het experimenteren was met ringwormen, ontdekte ze de voortreffelijke bruikbaarheid van dit materiaal. Dat was meteen het geboorte-uur van de soortenrijkste dierengroep die de aarde zou bevolken. Want op slag werden vele levensvormen mogelijk die voordien nog onvoorstelbaar werden geacht. Bovendien verkregen de soorten door het omhullende pantser ook de bescherming tegen belagers allerhande, zeker wanneer het pantser nog afgezet werd met doornachtige stekels.
Daarenboven werden de geleedpotigen veel minder gehinderd door hun chitinepantser dan de slak door haar schelp. Want een star omhulsel moest dit pantser ook niet worden. Door tussenvoeging van dunnere en buigzame banden kon een beweeglijke gestalte ontstaan, te vergelijken met het ondoordringbare, maar toch beweeglijke ridderharnas. Sommige delen waren zelfs ineenschuifbaar, zoals een verrekijker of het been van een fotostatief. Wie een keer gezien heeft hoe een opgewonden wesp of een zwaar beladen bij, hijgend ademt, waarbij zij haar achterlijf ritmisch in- en uittrekt, die begrijpt hoe voorbeeldig aangepast zo’n geleed pantser uit chitine wel is.
Efficiënte Ledematen
Kreeft en insect verkregen zo een exoskelet ofte ‘buitenskelet’ in tegenstelling tot de veel later ontstane gewervelde dieren die een ‘binnenskelet’ bezitten.
Een skeletpantser of een pantserskelet biedt een hoop voordelen, zeker wanneer het uit een stof bestaat met de vormbaarheid van chitine. Bijzonder goed laten zich in dit gelede, vaste en toch dunne omhulsel, spieren schikken en hechten, waardoor de insecten in verhouding tot hun lichaamgrootte en gewicht, zo’n enorme krachtinspanningen kunnen leveren.
Tezelfdertijd maken de eigenschappen van de chitine het de Natuur mogelijk efficiënte ledematen te scheppen, destijds, op dat ogenblik in de evolutie, nog totaal iets nieuws.
Spieren, zenuwen, bloed e.a.m. lieten zich in de buisvormige geledingen van de bij prachtig onderbrengen en die aangepaste constructie van de gewrichten, die aan de kogelgewrichten van een robot doen denken, maken veelzijdige bewegingen mogelijk.
Soortenrijkste dierengroep
Nu kon de grote bouwmeesteres Natuur haar fantasie laten spelen. Zij schiep springbenen, graafbenen, loopbenen, zwem- en klimbenen en zelfs eierbenen, die eigenlijk niet meer dan een opbergtas zijn voor de eieren. De zoetwaterkreeft bezit ze.
Nu kwam ook de weg vrij voor een onoverzienbare hoeveelheid van aanwendingmogelijkheden. Er werden sierlijke tangetjes, borstels, penselen, kammen, scharen, boortjes, hamertjes, buisjes, mesjes en vorkjes geschapen. Zo is het mogelijk geworden dat de chitinedieren zich veruit tot de soortenrijkste dierengroep konden ontwikkelen.
Hoewel, waar zoveel ‘licht is moet er ook ‘schaduw’ zijn. Geen rozen zonder doornen, geen voordelen zonder nadelen. Zo zijn er aan de lichaamgrootte van de insecten, enge grenzen gesteld. Ook de groei levert bepaalde obstakels op; het is een ingewikkeld proces van vervellingen en verpoppingen, zoals ook bij onze bij het geval is. Toch kunnen wij, mensen, alleen maar met bewondering aankijken tegen één van de grootste uitvindingen van Moeder Natuur: de chitine.